Normen en accreditatie
In het vorige artikel zijn wij ingegaan op het nut van praktijkaccreditatie. Wij hebben 3 situaties benoemd waarbij praktijkaccreditatie belangrijk kan zijn:
fungeren als huisartsopleider,
herregistratie van de huisarts en
vergoedingen van de zorgverzekeraar.
Als je kiest voor praktijkaccreditatie is de volgende vraagn: welke norm moet je kiezen? In dit artikel gaan we in op de verschillende normen.

Welke normen zijn er
Bij accrediteren of certificeren wordt getoetst of de praktijk voldoet aan “de norm”. Dit gebeurt aan de hand van een audit.
Er zijn verschillende normen voor praktijk accreditatie of -certificering. Daarnaast zijn er verschillende organisaties die de audit uitvoeren en het certificaat verstrekken.
Kwaliteitsnormen NHG Praktijkaccreditering
Voor de huisartsenpraktijk is de bekendste norm de Kwaliteitsnormen NHG-Praktijkaccreditering (in de wandelgangen: de NPA-norm). Deze norm is vastgesteld door het NHG Praktijk Accreditering B.V. (NPA) en andere belanghebbenden.
De audit wordt uitgevoerd door NPA zelf.
Om de werkwijze te toetsen heeft de NPA een College van Deskundigen, een Commissie van Toekenning en een Deelnemersraad. Meer informatie over de werkwijze lees je op de website van NPA.
Het is dus de norm van en voor huisartsen.
NEN-EN 15224 en ISO9001
De praktijk kan ook kiezen voor ISO 9001 of NEN-EN 15224 certificering. Dit zijn internationale normen. De NEN-EN15224 is ISO9001 maar dan toegespitst op de zorg.
De certificaten mogen alleen afgegeven worden door organisaties die hiervoor geaccrediteerd zijn. De Raad van Accreditatie houdt toezicht. De certificerende organisaties worden hiervoor jaarlijks door de RvA bezocht. De RvA beoordeelt of de organisatie zich aan de regels houden. Er is dus extern toezicht.
Welke norm kiezen?
In het vorige artikel noemden we 3 mogelijke redenen voor accreditatie: huisartsen opleiden, herregistratie en vergoeding van de zorgverzekeraar.
Het maakt daarbij niet uit of de praktijk kiest voor de NPA-norm of NEN-EN 15224.
Een belangrijk verschil is wel de frequentie van de audits. Bij accreditatie via de NPA kan de praktijk kiezen voor één keer een audit in 3 jaar. Bij NEN-EN 15224 krijgt de praktijk elk jaar een audit. Er is echter een uitzondering. Dat is wanneer de praktijk onderdeel is van een multisite certficering. Hierover vertellen we later meer.
ISO9001 is de norm voor de apotheekhoudende praktijk. Dit komt omdat ISO9001 de basis vormt van de LHV-norm “Farmaceutische zorgverlening door apotheekhoudende huisartsen” (versie 2014).
De apotheekhoudende praktijk kan zich ook laten certificeren door de NPA. Maar een apotheekhoudende huisarsts kan niet kiezen om de audit één keer per drie jaar uit te laten voeren. Een jaarlijkse audit is dus verplicht.
Certificerende organisaties
Volgens de RvA website mogen op dit moment de volgende organisaties NEN15224 audits uitvoeren en certificaten verstrekken: LRQA Nederland B.V. , DEKRA Certification B.V. DNV Business Assurance B.V. TÜV Nederland QA B.V. en Keurmerkinstituut B.V.
In een volgend artikel gaan wij in op de verschillen tussen de NPA-norm, NEN-EN15224 en ISO9001. Geen artikel missen? Volg ons op LinkedIn, Facebook of Instagram.
PraQties ontzorgt huisartsenpraktijken bij de accreditatie of certificering. Het maakt daarbij niet uit voor welke norm wordt gekozen. Vraag geheel vrijblijvend en kosteloos een online demo aan.